Mag mijn partner helpen in de zaak?
Besluit jij om jouw partner of echtgeno(o)t(e) bij te staan in zijn/haar eenmanszaak, dan ben je een meewerkende partner of echtgeno(o)t(e). Wat dit juist inhoudt en wat de voorwaarden hiervoor zijn, lees je verder in deze blog.
Wat is een meewerkende echtgenoot/partner?
Je bent een meewerkende echtgeno(o)t(e)/partner wanneer je je partner helpt in zijn/haar eenmanszaak. Je kan dus enkel meewerkende echtgeno(o)t(e)/partner zijn in een eenmanszaak en geen vennootschap. Wil je toch meehelpen in de vennootschap van je partner, dan moet je je aansluiten in hoofd- of bijberoep.
Voorbeeld: Sam is zelfstandige en heeft een bakkerij. Het wordt heel druk in de bakkerij en Sam heeft nood aan hulp, dus hij vraagt zijn vrouw Loes om enkele dagen per week in de bakkerij te helpen. Loes stopt met haar huidige job en gaat meehelpen in de bakkerij. Loes is dan meewerkende echtgenote.
Je krijgt als meewerkende echtgeno(o)t(e)/partner een hogere sociale bescherming. Je krijgt namelijk een maxistatuut. Je verwerft een eigen inkomen en je krijgt een maximale sociale bescherming wanneer je je sociale bijdragen correct betaalt. Op die manier behoudt je je kinderbijslag, pensioenen terugbetaling van ziektekosten.
Woon je wettelijk samen en heb je wel een volwaardig sociaal statuut, dan ben je in tegenstelling tot gehuwde partners, nog altijd verplicht om je aan te sluiten bij een sociaal verzekeringsfonds. Je zal je niet moeten aansluiten als meewerkende echtgeno(o)t(e)/partner, maar als zelfstandige in bijberoep.
Voorbeeld: Bas werkt 4/5de als werknemer in een koekjesfabriek en besluit 1 dag in de week bij zijn vriend Tom, zijn tuinbouwbedrijf te helpen. Tom is zelfstandige. In dit geval zal Bas zich moeten aansluiten als zelfstandige in bijberoep.
Voorwaarden
Je bent meewerkende echtgeno(o)t(e)/partner wanneer je:
- Officieel gehuwd bent met een zelfstandige of ermee wettelijk samenwoont.
- Regelmatig of minstens 90 dagen per jaar meehelpt in de zaak van je zelfstandige partner of echtgeno(o)t(e).
- Inkomen niet meer bedraagt dan €3.000 per jaar uit een zelfstandige beroepsactiviteit.
- Geen eigen inkomen hebt als werknemer of ambtenaar en ook geen vervangingsinkomen hebt waardoor je volledig verzekerd bent voor de sociale zekerheid.
Soorten statuten als meewerkende echtgeno(o)t(e)/partner.
Er bestaan twee verschillende soorten statuten als meewerkende echtgeno(o)t(e)/partner. Je hebt het maxistatuut en het ministatuut. Ben je geboren na 1955, dan heb je automatisch het maxistatuut. Bij dit statuut ben je op dezelfde manier verzekerd als een zelfstandige in hoofdberoep. Je hebt recht op pensioen, gezondheidszorgen, gezinsbijslag, ….
Het ministatuut is enkel nog van toepassing op meewerkende echtgenoten/partners die geboren zijn vóór 1956. De bijdragen bij dit statuut zijn heel laag. Er worden namelijk enkel sociale rechten opgebouwd vooruitkeringen bij arbeidsongeschiktheid. Je kan wel kiezen voor een maxistatuut wanneer je vóór 1956 bent geboren.
Hoeveel sociale bijdragen betaal je?
Per kwartaal moet je je sociale bijdragen storten aan je sociaal verzekeringsfonds.
Bij het maxistatuut worden de sociale bijdragen berekend op je netto belastbaar inkomen van het jaar waarin je deze inkomsten hebt verdiend. Dit inkomen is nog niet direct gekend dus moet je een voorlopige bijdrage van min. €394,61 per kwartaal betalen. Vanaf het werkelijk inkomen gekend is, worden de bijdragen herbekeken.
Door een percentage te nemen van je werkelijke inkomen, krijg je je definitieve bijdrage. Ligt dit bedrag lager dan €8.430,72, dan zal de minimumbijdrage de definitieve bijdrage worden. De percentages zien er als volgt uit:
- 20,50% sociale bijdragen op je inkomen tot €72.810,95.
- 14,16% sociale bijdragen op je inkomen tussen €72.810,95 en €107.300,30.
- Geen sociale bijdragen verschuldigd op je inkomen boven €107.300,30.
Nog vragen? Plan gerust een gesprekje in met één van onze experts!